Bevrijdingsrit 2013 ◂ ▸
Reisleider SM Theo Beumer
Deelnemers
Halit Aydin, Janberd Bertan Aydin, Francise Maatman, José Maatman, Gert Vierhouten, Jaap van den Berge,
Aad Holthuis, Ton, Jos en Jan Korting, Gerard Harmelink (introducé)
Om 08.30 uur zijn we vertrokken van de parkeerplaats bij de Lindeboom en in een rustig tempo binnendoor gereed naar de afgesproken plek aan de “Duitse Kampweg” in Wolfheeze. Daar kennis gemaakt met Sergeant Majoor Theo Beumer, die ons de bijzonder nog bestaand locaties van Operatie Market Garden zal laten zien en uiteraard daarover ook de bijzonderheden zal vertellen.
Bijzonderheden zoals hoe Engelse soldaten hebben geprobeerd de gewonde soldaten (met gevaar voor eigen leven) uit de vuurlinie van de Duitsers te halen, waar soldaat Edmonds is zwaar gewond is geraakt en waar hij gestoven is (foto van zijn veldgraf). En uiteindelijk zijn laatste rustplaats op het militaire begraafplaats in Oosterbeek.
We zijn ook geweest bij een tunneltje onder de spoordijk door. Dit tunneltje heeft een belangrijke rol gespeeld bij terugtrekken van 75 Engels soldaten van de 4e Parachute Brigade. Op deze locatie worden nu nog jaarlijks de gesneuvelde militairen van Operatie Market Garden herdacht.
Tussen de middag hebben een pannenkoek genuttigd in De Oude Herbergh in Oosterbeek. Ook dit gebouw heeft in de oorlog dienstgedaan als hoofdkwartier van de geallieerde militairen. Na de lunch zijn we eerst wezen kijken bij (zeg ik heel oneerbiedig) een gat in de grond. Deze locatie is niet ver van het tunneltje en in dit “gat” hebben de 75 militairen nog enige uren standgehouden tegen de aanvallen van de Duitsers. De Duitsers hebben van alles in hun richting gegooid tot vlammenwerpers toe. Uiteindelijk hebben deze 75 militairen een stormloop (met de bajonet op het geweer) gedaan door de Duitse linies richt hun eigen tropen. Bij deze stormloop zijn nog eens 13 man gesneuveld. Vervolgens zijn we naar een oude steenfabriek (restanten zijn nooit opgeruimd) gegaan. Op dit punt is zwaar gevochten omdat ten tijde van de oorlog hier een pont was (dus een oversteekpunt). Het transport van de stenen op het terrein van de steenfabriek werd uitgevoerd met paarden.
Deze dieren stonden tijdens de gevechten gewoon op stal. Op enig moment is de stal in brandgeraakt. De aanwezige militairen hebben geprobeerd de dieren uit de stal te krijgen, maar dat is niet gelukt en de paarden zijn levend verbrand. Theo Beumer heeft tijdens zijn onderzoek gesproken met militairen die hier ook gevochten hebben. En naar alles wat de militairen tijdens Market Garden hebben meegemaakt is het geschreeuw van de stervende paarden het meeste wat ze is bijgebleven. Na het bezoek aan de steenfabriek zijn we naar het hoge punt van de Westenbouwing gereden. Dit was een hoog punt dus belangrijk. Hier vertelde Theo dat door een “fout” bevel van de tweede man in commando het hoge punt “de Westenbouwing” door de Engelsen is verlaten en dat daardoor de Poolse militairen onder vijandelijk vuur zijn gedropt. Ook vertelde Theo hier hoe slecht de Poolse militairen zijn behandeld door de legerleiding van de Engels militairen en dat zij de schuld hebben gekregen van het mislukken van Market Garden (de militair spreek niet over mislukken, het is anders verlopen dan gepland). De beschuldigen aan het adres van de Polen waren zo sterk dat het land Polen de lijken van de gesneuvelde Poolse militairen niet in ontvangst wilde nemen, zodat zij niet in Polen begraven konden worden. Toen hebben Engels soldaten (zij wisten wel beter) er voor gezorgd dat deze gesneuvelde Poolse militairen een fatsoenlijk graf hebben gekregen op de Engels militaire begraafplaat in Oosterbeek. De Poolse militairen zijn in 2006 volledig gerehabiliteerd maar de meeste Poolse militairen hebben dat niet meer meegemaakt. Generaal Sosabowsk, oprichter en bevelhebber van de Poolse 1e Onafhankelijke Parachutistenbrigade stierf op 75 jarige leeftijd in armoede. Sosabowsk ontving in 2006 postuum de Bronzen Leeuw (een hoge Nederlandse militaire onderscheiding). Om de dag te einden zijn we naar de militaire begraafplaats in Oosterbeek gereden. Hier hebben we stil gestaan bij een aantal graven van militairen die in de loop van de dag met naam en toenaam zijn genoemd. Theo verteld dat de militaire begraafplaatsen van de geallieerden vaak op dezelfde wijze zijn ingericht – een groot gedenksteen midden voor (stelt de commandant voor die voor zijn tropen staat) en de graven met de namen (het gezicht van de militair) naar het midden gericht. De begraafplaats is dus zo ingericht alsof men op de militaire appélplaats staat. Het wordt ook het “laatste appél” genoemd.
Het Laatste Appél
Op de parkeerplaats van de begraafplaats hebben we Theo bedankt voor de indrukwekkende toer en hem een Deventer lekkernij overhandigd als dankt.
De thuisblijvers hebben met deze rit echt wat gemist!!!
Jan Korting